Laurier kweken.
(Laurus nobilis)
Heerlijke blaadjes van de laurier. Een mooie struik en een echte aanwinst. Niet alleen voor de kruidentuin maar ook voor in de siertuin. Hij kan wel 100 jaar oud worden, dus heb je hem eenmaal in de tuin, dan heb je er heel lang plezier van.
De plant.
De laurier komt uit Iran en Irak. Het is een kleine boom of struik. De struik is niet geheel winterhard en kan het beste in een grote pot geplant worden. Zo kan je hem in de winter in huis of in een kas laten overwinteren. Hoe ouder de plant wordt, hoe beter hij tegen de vorst kan.
Laurier kan ook heel goed gebruikt worden voor vormsnoei. Knip hem in een mooie vorm of gebruik hem in een heg.
Vermeerderen.
Zaaien.
Laurier is tweehuizig. Je hebt dus een mannelijke en een vrouwelijke plant nodig om zaad te kunnen krijgen. Het zaad is erg onvoorspelbaar. Soms komt het binnen 2 weken op, maar het kan ook zomaar een half jaar duren. Zaaien gebeurd in huis bij een temperatuur van tenminste 25 graden.
Stekken.
De struik is ook lastig te stekken. Neem in de zomer kopstekken van 10 tot 15 cm lang. Verwijder de onderste bladeren. Laat alleen de bovenste 2 bladeren zitten en halveer deze. Doop de stek in stekpoeder. Daarna steek je de stek voor 2/3 in de grond en zet hem op een warme en vochtige plek weg. In het voorjaar daarna kan je kijken of de stekken geworteld zijn.
Standplaats.
Laurier houdt van een droge grond, dus zorg ervoor dat de grond goed niet te veel vocht vasthoudt. Als je de laurier in een grote pot of kuip zet, kan je het beste onderin een laag met grind doen, zodat het goed kan afwateren.
Plantafstand.
De plantafstand is afhankelijk van het gebruik van deze struik. Als vrijstaande struik kan jet het beste een plantafstand van tenminste 1 meter aanhouden. Voor gebruik in een heg is de plantafstand 30 cm. Voor vormsnoei is het dus afhankelijk van welke vorm je wilt creëren.
Onderhoud.
- Knip na de winter de lelijke en beschadigde delen uit de struik.
- Geef daarna een handje organische mest of oude stalmest en wat compost.
- Voor een mooie volle struik, steeds de scheuten na het derde blad de top verwijderen.
Voeding.
Ook een laurier heeft voeding nodig. Geef hem twee keer per jaar een handje voeding, in de lente en in de zomer. In de herfst en in de winter mag je hem geen voeding geven. De voeding kan bestaan uit speciale voeding voor groenblijvende planten of om een mestkorrel, zoals koemestkorrels.
Oogsten.
Pluk de bladeren met de hand. De verse bladeren kunnen meteen gebruikt worden, maar ze krijgen meer smaak als ze eerst gedroogd worden.
Bewaren.
Laurierblad kan heel goed gedroogd worden. Zelf leg ik de bladeren tussen een kookboek. Zo blijven ze mooi recht en drogen ze binnen enkele weken. Na het drogen moeten ze luchtdicht, donker en droog bewaard worden. Ze zijn dan maanden of zelf jaren bewaarbaar.
Toepassingen.
Laurier wordt gebruikt in soepen, sauzen en stoofpotjes.
Ook hoort laurier thuis in het 'bouquet garni'. Een bosje kruiden, bestaand uit laurier, tijm en peterselie. Deze word bij een gerecht gedaan om te trekken en wordt voor het opdienen uit het gerecht verwijderd.
Ziektes en plagen.
Laurier heeft een antibacteriële werking. Dus buiten de heerlijke smaak, zorgt het er ook voor dat je recept langer houdbaar wordt.
Kalender.
Zet in het najaar de plant binnen in huis of in de kas. Grote, oude planten kunnen buiten op een luwe plek blijven staan, het liefste tegen een warme muur van het huis.
Vanaf eind maart kan hij weer buiten op zijn plek gezet worden.
Laurier met bloemknoppen.
Laatst bijgewerkt op: 22 maart 2021